Column: Richard Branson; gek of een visionair?

De Formule E voltooide afgelopen weekend het allereerste seizoen in haar bestaan. De elektrische klasse kende in de eerste jaargang een sterk startveld en de kalender stond bol van de mooie racelocaties. Het racen was bij tijd en wijle spannend en spectaculair, maar toch bleef de Formule 1-fan de nodige scepsis houden. Is de Formule E een blijvertje?

Richard Branson denkt van wel. De schatrijke oprichter van Virgin sprak in het afsluitende weekend de verwachting uit dat de Formule E de Formule 1 over vier, vijf jaar overstijgt. Opportunistische teksten, gezien de huidige staat van de Formule 1 en het feit dat de Formule E als nieuwkomer nog genoeg potentie heeft om dingen te veranderen.

Maar niet alles dat Branson aanraakt verandert in goud. De succesvolle ondernemer begon vijf jaar geleden met net zoveel enthousiasme aan een avontuur in de Formule 1, genaamd Virgin Racing. Hij kocht zich in bij Manor en gaf de nieuwe renstal voor 2010 de naam van zijn bedrijf mee. Aan het einde van het eerste seizoen nam Marussia al een meerderheidsaandeel in het team.

Virgin bleef nog een jaar als sponsor aan de renstal verbonden, maar eind 2011 vertrok Branson met stille trom uit de Formule 1. De koningsklasse van de autosport had hem niet gebracht wat hij ervan verwacht had, en andersom ook niet. Op zakelijk gebied heeft hij zich bewezen als visionair, maar wat de Formule E en Formule 1 betreft kunnen we zijn woorden met een korreltje zout nemen.

De Formule E bevat namelijk heel goede aspecten. Spotgoedkope kaartjes bijvoorbeeld, of circuits in het centrum van grote wereldsteden. Het is toegankelijk voor het grote publiek, maar de fans komen nog niet massaal op de ePrixs af. Het slotweekend in Londen werd bezocht door zo'n 60.000 toeschouwers. Ter vergelijking, Silverstone verwacht zondag bij de Grand Prix een opkomst van 140.000.

Ook de kijkcijfers van de Formule E kunnen bij lange na nog niet tippen aan de Formule 1. De ePrix in Londen trok 460.000 kijkers op het Britse ITV, maar dat was een zeldzame uitschieter. Bij de vorige ronde in Moskou zaten 128.000 mensen aan de buis gekluisterd. Een Formule 1-race lokt gemiddeld miljoenen kijkers in Groot-Brittannië, en tientallen, zo niet honderden miljoenen wereldwijd.

De Formule E heeft nog een lange weg te gaan voordat het de concurrentie aan kan met de Formule 1. De elektrische evenknie van de koningsklasse van de autosport is wel populair onder autofabrikanten, die het als mogelijkheid zien om de toekomst van mobiliteit te testen. Maar het valt te betwijfelen of dat genoeg is om de Formule 1 van de troon te stoten.

De Formule 1 zal in de komende jaren een andere weg inslaan om de grandeur van vroeger in ere te herstellen. We slaan de woorden van Branson in elk geval op. De komende jaren zullen uitwijzen of zijn Formule E-project een geniale ingeving was of dat het net zo roemloos afloopt als met zijn aanwezigheid in de Formule 1.