Een ambitieus project moest het worden. Een jaarlijks terugkerend evenement op de kalender van de internationale autosport. USA (USAC) en Europa (SportsCars en Formula 1) die samen een race rijden. Locatie :Autodromo Nazionale di Monza bij Milaan. De oval, het bos, de lange rechte stukken en weinig Europese coureurs. Getiteld de '500 Miles from Monza'. Een directe equivalent van de 500 Miles van Indianapolis. Monzanapolis gekscherend genoemd.
Twee races (1957 en 1958) die de boeken in kunnen gaan als 'mislukt'. Weinig echte animo vanuit het Europese Formule 1 veld. Ferrari stuurde in 1957 een prive-team met backing van de Scuderia, in 1958 kwamen ze als de Scuderia zelf naar Monza toe. Onder het motto 'we zitten toch in de buurt' hadden ze voor 1958 twee inschrijvingen met Mike Hawthorn, Luigi Musso en Phil Hill die om de beurt de auto zouden besturen.
De race was voor 1957 en 1958 opgedeeld in 3 segmenten. Overall winnaar was degene die de afstand van deze 3 segmenten het snelste zou afleggen. Aangezien de Amerikaanse teams veel oval-ervaring hadden, waren zij de uiteindelijke favoriet. De Monza oval is van een ander kaliber als Indianapolis. Waar Monza een steile oval is, is Indianapolis redelijk vlak. Logistiek gezien werden de auto's vanaf New York naar Genua verscheept, inclusief alle reserve-onderdelen en materialen. De coureurs kwamen per vliegtuig aan. Het moest destijds de grootste race ter wereld worden. Helaas faalde de opzet.
De races waren snel, gevaarlijk en vooral saai. Waar het voornamelijk Italiaanse publiek zich geen raad wist met het racen op ovals, brachten de Europese coureurs het er in 1957 belabberd vanaf. Overwinningen in 2 van de 3 segmenten ging naar Jimmy Bryan die het daaropvolgende jaar Indy 500-winnaar zou worden (1958). Niet te vergeten dat deze Indy 500 in de jaren '50 deel uit maakte van het Wereldkampioenschap Formule 1. Deze races zijn nog altijd opgenomen in de statistieken der Formule 1.
Andere bekende namen die aantraden waren in 1957 Troy Ruttman, winnaar van Indy in 1952, Johnny Parsons, winnaar van Indy in 1950 en Tony Bettenhausen, 2e in 1955. Vanaf Europese kant reden er drie Jaguars mee, geprepareerd door Ecurie Ecosse uit Schotland. De Europeanen kwam in 1957 eigenlijk niet in het stuk voor en reden op minimaal twee rondjes achterstand per segment.
In 1958 was Ferrari genoodzaakt mee te doen. Men had al eens een auto op Indianapolis gehad, Alberto Ascari viel uit in 1952 en in 1953 was er een terugtrekking. Men wilde de strijd aangaan met de Amerikaanse teams. Aangezien ook Fangio in 1958 Indy probeerde te rijden in een Kurtis Offenhauser, besloot men bij Ferrari dat het mogelijk zou kunnen zijn voor een goed resultaat te gaan.
Het viel allemaal tegen, De Ferrari was niet opgewassen tegen de niet kapot te krijgen Offenhauser motoren. Jim Rathmann won de race in 1958. Zijn gemiddelde snelheid was bijna 270 km/u over deze 500 miles. Sneller dan op Indianapolis. Voor de ongeveer 25.000 man aan toeschouwers bleek dit de laatste Race of 2 Worlds te zijn.
In 1959 besloot de Automobile Club de Milan geen race meer te organiseren. Monza kwam vanaf 1961 op de Grand Prix kalender in de huidige vorm. Het circuit met de Lesmo's en Parabolica. Er is nooit meer getracht om deze twee werelden in competitievorm bij elkaar te krijgen. Zo kwam er een einde aan een ambitieus project wat naar mijn idee al mislukt was voordat men er aan begon. De Amerikanen wilden wel, maar de Europeanen zagen het nut er niet van in.
Reacties (3)
Login om te reagerenbrabham-bt50
Posts: 11.760
Mooi stukje over (bijna) vergeten historie. Ook leuk om de F1 deelnames aan de Indianapolis eens te belichten. Stuk geschreven door MSE vermoedik ?:)
Stri
Posts: 2.851
Hier had ik geen enkele weet van. Tof om te lezen!
Canson Po
Posts: 2.415
Hier had ik ook nog nooit van gehoord top! MSE!