Voor de eerste keer in zijn Formule 1-loopbaan mag Yuki Tsunoda voor eigen publiek optreden. De 22-jarige Japanner debuteerde vorig jaar, toen de jaarlijkse krachtmeting op het circuit van Suzuka wegens de pandemieproblematiek werd vermeden. Tsunoda zal maar wat graag in de voetsporen van drie landgenoten treden.
Aguri Suzuki, Takuma Sato en Kamui Kobayashi zijn tot dusver namelijk de enige Japanse coureurs die een Formule 1-race met een podiumplaats wisten te besluiten. Alle drie finishten één keertje als derde: Sato deed het in 2004 op Indianapolis tijdens de Amerikaanse Grand Prix, Suzuki (1990) en Kobayashi (2012) bestegen voor eigen publiek op Suzuka het ereschavot.
Japanse coureurs kunnen nu eenmaal een stukje harder voor eigen publiek, zoveel is na ruim dertig edities inmiddels duidelijk. Masahiro Hasemi ging tijdens de allereerste Japanse Grand Prix in 1976 al bijzonder rap – iets te rap, zelfs –, Takuma Sato redde in 2003 zijn Formule 1-carrière dankzij een puike invalbeurt en ook Satoru Nakajima scoorde voor zijn thuisfans. GPToday.net zoomt in op de heldenritten van het tweetal dat in Suzuka naar het podium reed: het thuissucces van Aguri en Kamui.
1990 - Bedankt, Ayrton!
Niets wijst erop dat thuisrijder Aguri Suzuki tijdens de Japanse Grand Prix van 1990 naar het podium zal rijden. Goed, hij heeft zijn Lola op een uitstekende tiende plaats gekwalificeerd, maar de namen die voor hem staan spreken voor zich. Polesitter Ayrton Senna en nummer twee Alain Prost strijden voor het wereldkampioenschap, waarbij ieder puntje van levensbelang is. Hun teamgenoten, respectievelijk Gerhard Berger en Nigel Mansell, staan klaar om de kruimels op te rapen.
Williams-rijders Thierry Boutsen (P5) en Riccardo Patrese (P8) mogen tot de outsiders worden gerekend, waartoe ook de sterke Benettons van Nelson Piquet (zesde) en invaller Roberto Moreno (negende) behoren. Voor de start van de wedstrijd krijgt Suzuki, wiens voornaamste doel finishen is, gelijk al een plaats cadeau. De Tyrrell van Jean Alesi verschijnt niet aan de start, omdat de Fransman teveel last heeft van zijn nek na een trainingscrash.
Bij de start van de Japanse Grand Prix is meteen duidelijk dat Senna, die tegen zijn zin vanaf de vuile kant van het circuit moet vertrekken en zodoende rivaal Prost langszij ziet komen, geen trek heeft in een rondenlang duel. Al bij het insturen van de eerste bocht laat hij zijn McLaren tegen de Ferrari van zijn Franse rivaal aanlopen, wat een hogesnelheidscrash oplevert. Een vergeldingsactie, want in het voorgaande jaar heeft Prost juist de titel gewonnen door Senna’s doorgang te barricaderen.
Met een nieuwe wereldkampioen – vanwege het ongeluk kan Prost de puntenscore van Senna niet meer overtreffen – raast het Formule 1-veld over het slingerende asfaltlint van Suzuka, met Berger en Mansell voorop. Suzuki is door het incident opgeklommen naar een zevende plek. De thuisrijder komt virtueel op een puntenklassering te rijden als Berger zich in de tweede ronde vergaloppeert over het opgewaaide grind dat na het ongeval van Senna en Prost op de buitenlijn van bocht één is gekomen. De Oostenrijker spint eraf – Suzuki erft P6.
Gedurende de wedstrijd hoeft Suzuki, die in een Lola-Lamborghini rijdt, enkel te consolideren. Zijn pitcrew levert snellere onderhoudsbeurten af dan die van concurrent Williams, waardoor de Japanse coureur Boutsen en Patrese middels strategie passeert. Als de hongerige Mansell vervolgens veel te ruig wegrijdt bij zijn pitstop en daardoor de aandrijving aan stukken scheurt, vindt Suzuki zichzelf pardoes terug op P3.
De sneller geachte Boutsen en Patrese – in 1990 beiden goed voor een Grand Prix-overwinning – zijn simpelweg niet opgewassen tegen Suzuki, die Suzuka uiteraard kent als zijn eigen broekzak. Tweeëntwintig seconden na de verrassende winnaar Piquet, en iets minder lang na de even verrassende nummer twee Moreno, komt de verrassende nummer drie Suzuki over de streep. Het Japanse feestje wordt gecompleteerd door Nakajima, die met zijn zesde plek een punt scoort.
2012 - Onstuitbare Koba
Dat de Sauber C31 een fenomenale wagen is, daarvan is de Formule 1-gemeenschap ten tijde van de Japanse Grand Prix van 2012 op de hoogte. Sérgio Pérez heeft in het verregende Maleisië ternauwernood naast zijn eerste Grand Prix-zege gegrepen, maar ook op droge banen komt de eeuwige middenmoter sterk uit de verf. Pérez wordt derde in Canada en scoort een fantastische tweede plek op het circuit van Monza.
Dankzij zijn podiumplaatsen is Pérez voor de buitenwereld de gevierde man, maar teammaat Kamui Kobayashi doet zeker niet voor de Mexicaan onder. Waar Pérez zijn tweede volledige F1-seizoen draait, is Kobayashi immers ook nog maar drie jaar aanwezig op de grid. Bovendien scoort de Japanner in negen van de twintig races punten, waar Pérez slechts zevenmaal binnen de top tien over de meet geraakt. Het is enkel wachten op die ene dag dat het Kobayashi allemaal meezit.
Want dat hij kan rijden, is duidelijk: de vierde plaats in Duitsland en de vijfde plek in Barcelona zijn daarvan de meest overtuigende voorbeelden. Waar Pérez zichzelf nog weleens wil overschatten, heeft Kobayashi echter voornamelijk met pech te maken. Denk aan de Belgische Grand Prix, waarin hij als tweede mag starten, maar direct bij de start uit de wedstrijd wordt gekegeld door de massale startcrash – ingeleid door Romain Grosjean.
Na een minder optreden in Singapore gaat Kobayashi er voor zijn thuisrace eens goed voor zitten. De hoge snelheden zouden de Sauber C31 moeten liggen en wat blijkt – Kobayashi en Pérez vliegen door de kwalificatiesessies heen. De Japanner noteert in Q3 een puike vierde tijd, waar zijn Mexicaanse collega aansluit op P6. Vanwege een gridstraf voor Jenson Button worden dat een derde en een vijfde stek op de startopstelling.
Als nummer twee Mark Webber bij de start een kleun van Grosjean krijgt en titelpretendent Fernando Alonso na een tikje van Kimi Räikkönen in het grind belandt, vindt Kobayashi zichzelf zomaar terug op de tweede plaats – enkel achter raceleider Sebastian Vettel. Op strategie worden Sauber en Kobayashi door Ferrari en Felipe Massa verslagen als het om de tweede plaats gaat, maar de thuisrijder weet Button – toch geen doetje – na een spannende slotfase ternauwernood van het lijf te houden. Het tweede thuispodium van een Japanner is zodoende een feit.
Na beide podiumplaatsen gaat het voor zowel Aguri Suzuki als Kamui Kobayashi bergafwaarts: de laatstgenoemde verliest een paar weken later – om financiële redenen – zijn stoeltje bij Sauber, om enkel nog een verloren jaar (2014) bij Caterham door te brengen. Suzuki scoort na zijn wonderpodium nog twee keer één puntje, om de F1 na twee part-time seizoenen aan het einde van 1995 vaarwel te zwaaien en terug te keren naar het moederland.
Reacties (1)
Login om te reagerenTylaHunter
Posts: 9.949
Kobayashi... ook zon coureur die geen superlicentie zou kunnen krijgen maar absoluut de racecraft had voor F1. Die van Kobayashi was absoluut verdient. Man van de race met goede inhaalacties om op die p3 te komen
Tsunoda mag blijven dromen van zon podiumplek