Knettergek werd ik ervan. Sinds 2016 verscheen in élke winterstop het ene na het andere bericht over de zogenaamde titelkansen van Max Verstappen. Logisch, veel Nederlandse autosportfans zien graag een landgenoot winnen en dus werd het publiek bediend. Meestal waren de berichten nergens op gebaseerd – ja, een roeptoeterende Red Bull-adviseur.
Het topje van de ijsberg werd vlak voor de wintertestweken van vorig jaar zichtbaar. Ik las een analyse over het einde van elke dominante periode in de Formule 1 – alsof het een vaststaand feit was, dat Mercedes van haar troon zou duvelen. Totale baloney. Kliks gaan bij sommigen helaas boven inhoud, tegenwoordig.
Met de ijdele hoop op een Nederlandse wereldtitel schreef menigeen Verstappen in de afgelopen vier winterpauzes naar de top. Wishful thinking leidde tot niets en men lijkt te hebben geleerd – tot dusver heb ik deze winter weinig artikelen gelezen waarin buitensporig optimistisch over de kansen van Verstappen wordt gesproken.
Uitgelezen kans
Vind ik gek. In de afgelopen jaren heb ik persoonlijk vrij sceptisch tegenover de titelkansen van de Verstappen gestaan, iets wat me niet vaak in dank werd afgenomen. ‘Nou, jij houdt de moed er lekker in, zeg’. Nee, ik ben reëel.
Dat realisme zegt me dat het seizoen 2021 juist een uitgelezen kans biedt om Mercedes naar de kroon te steken. Vanwege de coronaregels zijn grote veranderingen deze winter verboden. Zij die in 2020 tot in medio december hard hebben gewerkt, moeten ook eens wat rust krijgen, is de achterliggende gedachte. Bovendien scheelt het de financieel wankele teams ook behoorlijk in de portemonnee.
Eén van de weinige noviteiten is de nieuwe vloer, een gebied waarop Red Bull haar voordeel kan doen. De FIA eist namelijk dat de teams tien procent van hun downforce inleveren, omdat bandenfabrikant Pirelli in 2020 meermaals situaties heeft meegemaakt waardoor ze peentjes stond te zweten. De druk op het rubber werd soms veel teveel door de bizar hoge bochtensnelheden. Oplossing: laat de wagens minder hard door de bochten vliegen, door ze wat downforce af te nemen.
Hoe dit precies uitspeelt moet nog blijken, maar Red Bull heeft met haar hoge rake mogelijk een gouden troefkaart ten opzichte van de grote rivaal. Zodoende zou het team minder pijn kunnen hebben van het downforceverlies dan de rest.
Mexicaanse hulp
De tweede factor is natuurlijk Sergio Pérez, die als Verstappens nieuwe teammaat moet doen wat Pierre Gasly en Alexander Albon nalieten. Zodra Pérez zich bemoeit in de strijd om podiumplaatsen, groeien er strategische kansen voor Red Bull. In 2020 was het vaak vechten tegen de bierkaai – Mercedes reed veelal met twee wagens vooraan en kon zodoende verschillende tactieken doorvoeren. Red Bull bleef vanwege zwakke optredens van Albon mank achter.
Niets is bewezen tot de eerste Grand Prix erop zit, maar van een straks 31-jarige coureur met tien seizoenen Formule 1-ervaring ter waarde van liefst 191 starts mag je toch verwachten dat hij de boel sneller onder de knie heeft, dan jongens die juist net kwamen kijken. Ik denk zelf dat Pérez vanaf het begin af aan bij de voorste vier zit. Kwalificatiesnelheid is niet zijn geheime wapen, racepace en bandenmanagement des te meer.
Doorontwikkelen, of vizier op 2022?
Aangezien er – op de vloer na – amper iets verandert, zitten de verschillen – op de vloer na – ‘m in de marginal gains. Het kampioenschap van dit jaar zal mogelijk worden gewonnen door degene die het langste blijft ontwikkelen. Dat zit zo: de prioriteit van ontwerpteams verschuift langzamerhand van de ‘2020-wagens-die-zijn-opgepimpt-voor-2021’ naar de compleet nieuwe bolides die in 2022 worden geïntroduceerd.
Gedurende het laatste seizoen waarin een bepaald reglement van kracht is, komen teams voor lastige dilemma’s te staan. Denk aan 2008, toen sommigen (Honda, Williams) de boel lieten varen met het oog op de nieuwe wagens van 2009, waar enkelen juist door sleutelden. Ferrari en McLaren wilden per se kampioen worden en besloten veel van de resterende tijd in het doorontwikkelen van de 2008-bolide te steken, waardoor ze 2009 op achterstand begonnen. Als Mercedes van zins is om de boel binnen afzienbare tijd te verkopen aan een aandeelhouder als Ineos, zal de investeerder ongetwijfeld veel aandacht op de 2022-wagen eisen.
Voor de eerste keer sinds de winterstophype begon, in de winter van 2016-17, schrijf ik het op: ik denk dat Verstappen dit jaar kan strijden voor de wereldtitel.
René Oudman
Twitter: @reneoudman
Senninha1981
Posts: 1.849
Knettergek wordt ik van columns als deze. Nee even serieus, ik zie geen enkele reden warom RBR ineens vóór Mercedes zou staan dit jaar. Mercedes zit ook niet stil en hebben de beste mensen in hun team zitten die echt wel voor een hele goede vloer gaan zorgen.