Vijf verhalen, vijf coureurs en vijf levensbedreigende situaties. Alle vijf de coureurs hebben na een zwaar ongeluk hun carrière voortgezet. Alle vijf hebben ze na hun ongeval Grands Prix gewonnen. Drie van de vijf coureurs werden zelfs nog wereldkampioen. F1Today bekeek hun comebacks na de zware ongelukken en maakte een gedetailleerd verslag van het moment dat ze een tweede kans kregen.
Inleiding
Johnny Herbert was in de jaren tachtig het opkomende talent in de Britse autosport. Herbert werd in een adem genoemd met Nigel Mansell, dezelfde soort humor, dezelfde passie voor autosport en beide razendsnel. Waar Mansell in de jaren tachtig al overwinningen scoorde en ongeveer tien jaar ouder was, bleek de Britse media in Herbert een nieuw talent te zien. Herbert had een vleugje Clark en werd met name door James Hunt op handen gedragen. Hunt was in de juniorenklassen een groot fan van Herbert en gaf dit ook meerdere malen te kennen tijdens zijn verslaggeving op de BBC voor het programma Grand Prix. Herbert won in 1985 het legendarische Formule Ford-festival op Brands Hatch. Eddie Jordan, destijds teameigenaar van Jordan Racing (de voorloper van Jordan Grand Prix), contracteerde de Brit en samen behaalden ze de titel in het Britse Formule 3-kampioenschap van 1987. Als promotie kon Herbert in 1988 doorstromen naar het Internationale Formule 3000-kampioenschap, waar hij in Roberto Moreno, Pierluigi Martini, Jean Alesi en Mark Blundell geduchte uitdagers had. Herbert won zijn eerste Formule 3000-race op het circuit van Jerez, na van pole position te zijn gestart. Tijdens de tweede race van het kampioenschap op Vallelunga kwam Herbert voor het eerst in aanraking met Gregor Foitek. Foitek, een coureur die van een rijke familie komt, trainde pole position en kreeg het met Herbert aan de stok. "In Vallelunga had ik voor het eerst een duel met hem," vertelde Herbert later. "In de race waren we gelijkwaardig. Ik besloot hem ruimte te geven, omdat ik me niet echt comfortabel voelde met hem in de buurt." Johnny kreeg gelijk. Foitek stuurde tijdens een duel in op Herbert en de Britse coureur crashte hard in de banden stapels. Zijn hoofd raakte de vangrail en Johnny liep een ernstige hersenschudding op. De diagnose die door Professor Sid Watkins gesteld werd was duidelijk. In het ziekenhuis, het London Hospital in Whitechapel, kreeg Herbert te horen dat hij de race in Pau niet mocht rijden. "Dat was de eerste keer dat ik echt kennis maakte met Mr Foitek", verklaarde Herbert.
De crash op Brands Hatch
Herbert kwalificeerde zich op zaterdag als snelste voor zijn teamgenoot Martin Donnelly. Beide auto's van het Q8 Team Jordan waren meer dan zes tienden van een seconde sneller dan Pierluigi Martini en Gregor Foitek. Johnny was vastberaden om zijn puntenachterstand op Roberto Moreno goed te maken. Herbert, inmiddels zeventien punten achter de Braziliaan, had zijn zinnen gezet op de Engelse races van het kampioenschap. Te beginnen dat weekend op Brands Hatch. Acht dagen later zou het kampioenschap Birmingham aandoen, een stratencircuit waar Moreno al een keer tweede was geworden. Herbert had inmiddels al getest voor Lotus en een Formule 1-carrière lag in het verschiet. Hij nam de leiding in de wedstrijd en bouwde zijn voorsprong uit tot twaalf seconden. Toen Roberto Moreno, zijn concurrent in de strijd om de titel in de 22e ronde in Paddock Hill band zijn auto plat reed, kwam de rode vlag uit. Herbert wist dat 21 augustus zijn dag moest worden. Hij had de kans om negen punten in te lopen. Bij de herstart kwam Herbert niet goed weg. Ondanks zijn twaalf seconden voorsprong zou de Brit bijna geen bedreiging hebben van achteren. Toen Donnely en Martini de leiding namen en als eerste richting Surtees gingen lag Johnny op de derde plaats. Wat er daarna volgde was een kettingbotsing van ongekende grootte. Foitek stuurde rechts in op Herbert. "Hij had een wijdere lijn als dat ik had", vertelde Herbert over Foitek. "Bij het uitkomen van de bocht keek in in de spiegel om hem te zoeken, ik wist namelijk dat hij mij zou kunnen passeren op de heuvel naar beneden. Ik zag hem komen en hield ietwat links aan, ik heb zelf geen beweging naar links gemaakt overigens. Hij raakte de achterkant van de auto. Wat hij daar wilde op die plek, dat kon gewoon niet. Hij had daar eieren voor zijn geld moeten kiezen en achter mij aan moeten sluiten. In plaats daarvan zette hij de auto naast die van mij. Hij stuurde naar rechts. Daarna kwam ik in de muur terecht. Ik herinnerde me dat het een hele snelle en brutale klap was. Mijn hoofd klapte op het stuur en ik kan me nog herinneren dat ik over de weg heen tolde. Ik opende mijn ogen en zag een groot gat voor me. Alles wat ik kon zien was asfalt en gras."
Achter Herbert ontstond een kettingbotsing. Foitek, de aanstichter van het ongeluk, vloog meerdere malen over de kop. Olivier Grouillard kwam in aanraking met de wrakken van Foitek en Herbert. De latere Tyrrell-coureur hield hier een gebroken arm aan over. Foitek verloor zijn helm tijdens zijn rolls. Hij was buiten bewustzijn. Claudio Langes, Andy Wallace, Russell Spence, David Hunt, Gary Evans en de latere Footwork-coureur Aguri Suzuki hadden allen schade aan de auto opgelopen door rondvliegende brokstukken. Mark Blundell bleek geluk te hebben. "Onderdelen van de vleugel van Johnny kwamen recht op mij af. Ik kon nog net mijn hoofd en helm naar beneden doen en het onderdeel kwam boven mijn hoofd tegen de roll-over-bar terecht. Ik dacht even dat ik daar onthoofd zou worden." James Hunt, destijds aanwezig als rijderscoach van Jean Alesi, bezocht het ongeval en kwam hoofdschuddend terug. Vele mensen konden niet geloven wat zich daar op die plek had afgespeeld. Veel coureurs wezen Foitek als dader van het ongeluk aan. Blundell was hier duidelijk over: "Hij was een van die gasten waarbij je altijd je hart vasthield als je een wheel-to-wheel gevecht had. Hij was een eigenwijze gast die totaal geen respect had voor de mede-coureurs."
De momenten na de crash
Herbert zat nog steeds vast in de auto. "Ik weet nog dat Aguri Suzuki naar mij toe kwam om te kijken of alles in orde was. Daarna kwam er een marshal aan die vroeg of ik okay was. Ik zag zijn gezicht naar de voorkant van de auto draaien. Hij werd lijkbleek. Dat betekende voor mij niet zo veel goeds." Adrian Reynard, de man die de Formule 3000-auto's destijds produceerde, kwam kijken. Ook Johnny's race-engineer bij Jordan, Trevor Foster, was ter plekke. "Ik werd verdoofd met zware morfine en stikstofdioxide. Ik werd uit de auto gehaald en overgebracht naar het Queen Mary's Hospital. Trevor Foster kan het zich allemaal nog goed herinneren: "De Chirurg kwam ons bezoeken en zei dat de verwondingen van Johnny zo erg waren dat zijn racecarrière definitief voorbij was en dat er een reële mogelijkheid was dat ze zouden amputeren." Foster wees er bij de behandeling in het ziekenhuis op dat dit onder geen enkele voorwaarde mocht gebeuren: "We zijn heel duidelijk geweest toen, ook richting Johnny. Men moest alles in het werk stellen om die operationeel op te lossen. Tijdens de operatie hebben de doktoren geweldig werk geleverd. Ik zal nooit vergeten hoe Johnny er uit zag na die eerste operatie. Toen ik hem vertelde dat hij zijn voet had behouden leek het net een kind van tien jaar oud. Zo blij was hij."
Het Formule 1-debuut voor Benetton-Ford
Herbert maakte in 1989, na een lange revalidatie, zijn debuut in de Formule 1. Het was het team van Benetton dat hem een contract aanbood in 1989. Tijdens de eerste Grand Prix van het jaar in Rio de Janeiro scoorde Herbert een vierde plaats. Punten tijdens zijn debuutrace was een droom die uitkwam. De jonge Brit had desondanks nog steeds grote fysieke problemen. Het feit dat hij niet fatsoenlijk kon lopen en het gevoel in zijn benen en voeten niet optimaal waren, laat zien dat de prestatie van Herbert tijdens die Braziliaanse Grand Prix een unieke was. "Het grote probleem was dat ik mijn voeten alleen op en neer kon bewegen. Ik had geen zijwaartse beweging, die had ik voor het ongeluk wel. Ik reed in de Formule 3000 altijd met een heel stuk ruimte tussen het rem en gaspedaal. Als ik toen mij rem volledig intrapte, stond mijn voet gelijk met het gaspedaal en kon mijn voet daar overheen rollen. Het ongeluk betekende dat ik dat niet niet meer kon, dus moest ik het rempedaal zo neer laten zetten dat ik bij wijze van spreke duwde, ik kon daardoor het gaspedaal mee nemen als ik remde. Ik had ook geen problemen met de koppeling, omdat ik die met mijn linkervoet bediende." Herbert reed gedurende de eerste vijf wedstrijden vijf punten bij elkaar, maar verloor eigenlijk na zijn eerste race al snelheid. Nadat hij zich bij de Grand Prix van Canada niet kon kwalificeren, besloot de teamleiding van Benetton hem te vervangen. Herbert kreeg aan het einde van het seizoen de kans bij Tyrrell. Hij kwalificeerde zich als zestiende op Spa-Francorchamps, waarbij hij bijna een halve seconde sneller was dan teamgenoot Jonathan Palmer. Herberts laatste race van het seizoen vond plaats in Portugal. Op het circuit van Estoril kon hij zich opnieuw niet kwalificeren. Hij kwam twee honderdste te kort om sneller te zijn dan Eddie Cheever. Herbert besloot om in 1990 en 1991 in Japan te gaan rijden en tekende onder andere een contract voor Mazda tijdens de 24 uur van Le Mans. In 1991 wist hij deze legendarische race te winnen. In een team met Volker Weidler en Bertrand Gachot eindigde de Mazda 787B na 362 ronden als eerste. Het betekende de eerste overwinning voor Mazda tijdens de 24 uur van Le Mans en het doorbrak hiermee de jarenlange dominantie van Jaguar en Tom Walkinshaw Racing.
Lotus en overstap naar Benetton
Als teamgenoot van Mika Hakkinen kon Herbert gelijke tred houden met de getalenteerde Fin. In 1993 en 1994 kende Herbert uitstekende jaren bij het noodlijdende team. In 1993 leek hij op weg naar een podiumplaats op Interlagos, ware het niet dat ene Michael Schumacher hem in de laatste ronde nog voorbij ging. Deze Schumacher zou eind 1994 zijn teamgenoot worden bij Benetton. Herbert kreeg na de Europese Grand Prix op Jerez de voorkeur boven Jos Verstappen. In 1995 behaalde hij met Benetton vier podiumplaatsen, waaronder twee overwinningen. Tijdens zijn thuisrace op Silverstone maakte Herbert gebruik van het ongeluk tussen Schumacher en Hill. Herbert deed dat opnieuw tijdens de Italiaanse Grand Prix op Monza. In het seizoen 1995 werd Benetton wereldkampioen bij de constructeurs en Herbert had hier een groot aandeel in. Met 45 punten eindigde hij als vierde in het kampioenschap. Toch moest Herbert eind 1995 plaatsmaken voor Ferrari-coureurs Berger en Alesi. Hij tekende bij Sauber, waar hij in 1997 een podium scoorde in Hongarije. De grootste overwinning moest toen nog komen. Tijdens een bizarre en onwerkelijke race tijdens de Europese Grand Prix op de Nürburgring, won Johnny Herbert in zijn Stewart-Ford de wedstrijd. Herbert startte als veertiende en vertelde na afloop van de race een pakkende anekdote. "Ik kwam vorige week mijn kinderen van school af halen toen er een klein mannetje naar me toe kwam. Hij vroeg aan mij: 'Ben jij Johnny Herbert?'. Ik zei: Dat klopt, dat ben ik. 'Oke' zei het mannetje, dan heb ik zojuist tegen jouw kinderen gezegd dat jij er niks van kan en altijd achteraan rijdt.' Ik kon er eigenlijk wel om lachen, maar het heeft me wel laten inzien dat alles relatief is. Soms heb je succes en ben je de gevierde man, soms rijd je achteraan en ben je de schlemiel." Die overwinning op 26 september 1999 was de laatste grote overwinning die Johnny Herbert scoorde. Toch kwam zijn allergrootste overwinning iets meer dan tien jaar eerder. Herbert had zich vanuit een kansloze positie, zonder werkende rechtervoet, teruggeknokt naar het doel wat hij altijd had: Formule 1-coureur worden. Dat is de sympathieke Brit geworden en daarom mag er gezegd worden dat Johnny Herbert zijn tweede kans met beide handen heeft aangepakt.
De startopstelling voor de Grand Prix van Las Vegas is bekend. Op het Las Vegas Strip Circuit werd in de kwalificatie...
George Russell heeft zijn vierde pole position uit zijn Formule 1-carrière bemachtigd. Op het Las Vegas Strip ...
Het team van Ferrari werd gezien als de favoriet in Las Vegas. In de kwalificatie in Sin City leek Carlos Sainz de po...
Pierre Gasly was de tropische verrassing van de kwalificatie in Las Vegas. De Fransman wist Q3 te bereiken, maar in d...
Het derde en beslissende deel van de kwalificatie in Las Vegas is nog eventjes uitgesteld. De muren op de Strip moete...
Natuurlijk ! Hoe kon ik die vergeten! Mooi stuk weer
Fijn lezen zo na het eten, houtkachel aan, lekker gestrekt op de bank.
@MSE heeft weer heerlijk gekookt "Uitbuiken met Tom" ;)
Lekkere pee stamp.( hutspot).
Uiteraard Schwantz! Als voormalig chef de cuisine weet ik wel wat lekker is na de maaltijd... in elk geval geen mosterd... ?
Ja die crash heb ik nog live op video, van Eurosport opgenomen toen. Hen deze talloze keren beeldje voor beeldje afgespeeld, omdat er zo godsgruwelijk veel gebeurde!
Geweldig, waren in het tpoic van Hakkinen al druk aan het speculeren over de overige namen en ik was Herbert totaal vergeten!
Mooi verhaal weer, en dan nu Berger, kan niet missen ;-)
Heb de jaren 80 helemaal meegemaakt, was een aanstormend talent Herbert.
Hij kon bij Williams rijden, helaas 'de crash' heeft dat verhinderd.
Blijf erbij, was dat niet gebeurd dan zou Herbert met zomaar 4 a 5 titels gewonnen kunnen hebben in een Williams, denk aan 1991, 1992, 1993, 1994, 1995, 1996 en 1997 waarin Williams de sterkste auto's had.
Lokale tijd
07:00 - 09:00
07:00 - 09:00
Lokale tijd
07:00 - 09:00
07:00 - 09:00
Bahrain International Circuit - Wintertest
schwantz34
Posts: 38.755
@MSE heeft weer heerlijk gekookt "Uitbuiken met Tom" ;)