Na vier opeenvolgende overwinningen kon de Formule 1 wereld een aantal statistieken opschrijven. De pole position van Ayrton in België was de negende in elf races, hiermee kwam hij op gelijke hoogte met de wereldkampioenen Niki Lauda en Nelson Piquet. Het was tevens zijn 25e pole position in de jaren tachtig. Al deze pole positions behaalde hij in vijf jaar tijd, aangezien hij in 1984 voor Toleman zijn debuut maakte. Statistisch gezien kwam Ayrton sinds de veertiende ronde van de Britse Grand Prix onafgebroken als leider in de race over start-finish. Het mocht dan wel zo zijn dat Prost op twee locaties, Hongarije 50 meter en België tot op Kemmel-Straight, aan de leiding reed, toch werden deze niet geklasseerd als leider in de ronde.
Tijdens de Italiaanse Grand Prix stond Ayrton als vanouds weer op pole position. Zijn tijd van 1:25.974 was 2.514 seconde langzamer dan de tijd die Nelson Piquet in 1987 reed. Prost finishte als tweede in de kwalificatie, zijn achterstand was 0.303 seconden. Opnieuw nam Prost bij de start de leiding over van Ayrton maar deze pakte de eerste plaats binnen één ronde weer terug. Daarna was het 'business as usual', Senna reed weg en Prost volgde op achterstand. De Fransman zag in de 34e ronde zijn McLaren-Honda uitvallen met een motorprobleem. Het was de eerste uitvalbeurt voor McLaren door mechanische pech. Ayrton leek onbedreigd op een overwinning af te gaan tot hij de achterkant van Jean-Marie Schlesser in het vizier kreeg. Schlesser, destijds testrijder bij Williams, kende zijn eerste Grand Prix start. Het zou een gedenkwaardige zijn voor de Fransman want bij zijn debuut kegelde hij Ayrton, die in leidende positie reed, van de baan. Hiermee kwam de droom van McLaren, om alle races te winnen in 1988, op een brute manier ten einde. Berger en Alboreto gaven met een één-twee finish de Italianen een emotioneel cadeau. Het was de eerste Grand Prix zonder Scuderia Ferrari president en oprichten Enzo Ferrari.
Bij McLaren staat deze Grand Prix bekend als: 'The one that got away"
McLaren legende Neil Trundle, ook bekend van het Formule 3 kampioenschap waarin Ayrton in 1983 reed, gaf in een later stadium zijn visie van het verhaal. "Er was een gerucht dat Alain wist dat hij zou uitvallen en daarom expres de druk op Ayrton zou vergroten. Mensen kwamen met een theorie dat Prost Ayrton aan het opjagen was zodat Ayrton aan het einde van de race zonder benzine kwam te staan. Helaas is dit verhaal niet juist!"
"Honda reed in 1988 met een andere NGK-Bougie op Monza, de reden hiervoor weet ik niet. Tijdens de race verloor Alain één van zijn cilinders. Hij kwam de pits is en het was duidelijk dat oververhitting de oorzaak was van zijn uitval. Hierdoor ging de bougie kapot. We hebben toen Ayrton via de radio de opdracht gegeven om het mengsel rijker te maken en de plugs koeler te houden." Trundle gaat verder: "Het hele ding was anders dan wat we normaal van Honda kregen, zij maakte zelden of nooit deze fouten. Je zou kunnen zeggen dat Alain daar de kans op een wereldtitel echt verspeelde, ondanks dat het niet zijn fout was."
Ayrton's auto was niet geschikt voor Portugal en hij stapte na de kwalificatie van vrijdag al met een zuur gezicht uit. Hij sprak niet veel en op zaterdag ging het niet veel beter. Ayrton was niet in de beste stemming op dat moment. Het werd eigenlijk nog erger toen hij de pole position aan teamgenoot Prost moest laten. In de race, waarin hij als vijfde eindigde, was weinig eer te behalen. Prost won en domineerde de Grand Prix. Met vijf overwinningen kwam de Fransman iets dichter in de buurt van Ayrton. Qua punten had de Fransman Ayrton ingehaald, toch bleef Ayrton statistisch gezien de beste aangezien zien zeven overwinningen er nog altijd twee meer waren dan Alain Prost.
In Spanje haalde hij met 0.067 seconde voorsprong de pole position voor Alain Prost. In een race waar hij opnieuw niet kon overtuigen eindigde hij als vierde. Prost had een betere setup voor de race gevonden en domineerde opnieuw de wedstrijd. Het betekende dat de strijd om het kampioenschap volledig open lag. Ayrton scheen na afloop van de race verklaard te hebben dat hij niet kon zien hoeveel brandstof zijn auto nog aan boord had. "Naarmate de race zich ontvouwde, leek het verschil tussen de set-up van de auto's steeds groter te worden." Toch was hij na de Grand Prix van Spanje slechts één Grand Prix-overwinning verwijderd van de titel.
Het is niet moeilijk te begrijpen dat het Japanse publiek enorm veel respect heeft voor Ayrton Senna. Het zou de eerste titelstrijd worden tussen Ayrton en Prost, beide voorzien van de indrukwekkende Honda V6-motoren. Het was tevens ook de laatste keer dat de Japanners haar dominante Honda V6-motor aan het werk konden zien. Waar het kampioenschap in 1987 beslist werd door de crash van Nigel Mansell, hoopte de Japanners dat Ayrton Senna in Honda-land de titel zou veroveren. Vóór de race op Suzuka had Ayrton zeven wedstrijden gewonnen. Prost had zes overwinningen. Bij het ingaan van de voorlaatste Grand Prix moest Prost winnen om zijn kansen op de titel in eigen hand te houden. Als dat niet zou gebeuren zou Prost nog een escape hebben in Australië, alleen onder de voorwaarde dat Senna de race niet zou winnen.
In de trainingen liet hij zien dat hij tot alles in staat was om te winnen. In de eerste vrije training was hij 1.6 seconde sneller dan Prost. Tijdens de kwalificatie vestigde hij een nieuw record: Het werd de twaalfde pole position in één seizoen, een prestatie die tot op dat moment door geen enkele andere coureur had behaald. Prost bleef echter in de buurt, maar drie tienden verschil was een aanzienlijk gat in vergelijkbare auto's. De eerste startrij weerspiegelde ook het seizoen in zijn geheel: Senna op één, Prost op twee.
Bij de start kwam de McLaren van Senna niet weg. Zwaaiend met zijn armen hoopte hij uiteindelijk niet geraakt te worden door de achter hem gestartte auto's. Naast het feit dat Ayrton niet geraakt werd door een van de andere coureurs, had hij geluk dat het rechte stuk op Suzuka zich in een naarwaartse helling bevind. Hij slaagde erin om zijn McLaren te herstarten en begon, in het middenveld, aan zijn race. Vanaf de 14e plaats moest hij proberen opnieuw naar de kop van de wedstrijd te rijden. Prost nam de leiding en alles leek verloren voor de Braziliaan. In de eerste ronde haalde Ayrton zes coureurs in, in de tweede ronde gevolgd door inhaalacties op Patrese en Nannini. Het betekende dat Ayrton na twee ronden alweer in de punten reed. In de derde ronde raapte hij Thierry Boutsen op om in de volgende ronde voorbij te gaan aan Michele Alboreto. Op dat moment reed de Braziliaan slechts twaalf seconden achter Prost. Ayrton zat weer vol in de strijd om het kampioenschap.
Aan het einde van de tiende ronde passeerde Ayrton Gerhard Berger en lag derde. Het was op dat moment alleen Ivan Capelli in de March-Judd die tussen hem en de kans voor de wereldtitel reed. Ayrton probeerde dichterbij te komen toen hij zag dat het ligt begon te regenen. Prost en Capelli kwamen bij de achterblijvers aan en verloren kostbare tijd. Hierdoor kon Ayrton aansluiten bij de Italiaan. Ayrton passeerde de Italiaan aan het einde van de 20e ronde en werd vanaf dat moment een vaste waarde in de achteruitkijkspiegel van Prost. De regen hield uiteindelijk op in Suzuka en het begon er op te lijken dat er een direct gevecht ontstond om de wereldtitel. Ayrton volgde Prost gedurende een aantal ronden en zag uiteindelijk in de 28e ronde zijn kans. Ayrton bereidde zijn aanval voor op het rechte stuk van de pitstraat en rondde hiermee zijn meest spectaculaire inhaalactie van de dag af.
De Fransman bracht de rest van de race door achter de Braziliaan, maar te pakken kreeg hij hem niet. Ayrton slaagde erin de kloof tussen hem en Prost te vergroten en eindigde uiteindelijk dertien seconden voor zijn Franse teamgenoot. Ayrton's eerste wereldtitel was een feit. Ayrton zorgde met zijn overwinning ervoor dat de titel in Brazilië bleef. De titel smaakte nog beter met het idee dat hij zijn 'nemisis' Nelson Piquet had onttroond. Het betekende de zesde wereldtitel voor het Zuid-Amerikaanse land, drie werden er gewonnen door Nelson Piquet en twee door goede vriend Emerson Fittipaldi.
"Gelukkig is het voorbij, het was een lang seizoen", sprak Ayrton na de race. "Ik denk dat het voor mij en Alain een heftig gevecht is geweest. Er stond ook veel druk op de ketel. Het was heel moeilijk. Ik kan het nog steeds niet geloven." Prost feliciteerde Ayrton met zijn titel: "Ik ben blij voor Ayrton. Ik ben teleurgesteld in hoe het kampioenschap zich ontwikkeld heeft. Ik was comfortabel aan de leiding van de race tot ik problemen kreeg met de versnellingsbak en de achterblijvers. Ik heb daar veel tijd verloren. Daarna kon ik hem niet meer bijhouden, ik had versnellingsbakproblemen. Uiteindelijk heb ik het opgegeven toen de regen kwam. Ayrton heeft een fantastisch seizoen gehad."
De Grand Prix van Australië was de afsluiter van het seizoen, deze werd gewonnen door Prost met Ayrton als tweede. Hoewel de Fransman meer punten scoorde dan zijn Braziliaanse teamgenoot werd hij geen kampioen. Alleen de beste elf resultaten telde mee voor het kampioenschap.
Reacties (10)
Login om te reagerenDamon Hill
Posts: 18.632
Wat een rare regel was dat toch dat slechts je 11 beste resultaten telde. Prost had gewoon meer punten. In de 2 jaar tijd dat Senna en Prost teamgenoten waren won Prost het dus in punten. Senna was het snelste en meest spectaculair. Maar Prost was in totaliteit echt niet minder dan Senna.
SEN1
Posts: 2.561
Hoelang heeft deze regel eigelijk bestaan? En waar kwam deze vandaan? Was dat omdat vroeger de mensen regelmatiger uitvielen en daardoor niet het kampioen beslist moest worden? Of konden bepaalde courreurs niet aan elke race meedoen? Wat een waanzinnig stomme regel inderdaad.
Runningupthathill
Posts: 18.168
Die regel is er heel lang geweest, eigenlijk van 1950 tot en met 90.
Er waren enkele verschillende redenen. De vele uitvalbeurten was er zeker één van. Origineel ook omdat coureurs niet aan alle races meededen (bijvoorbeeld de Indy 500, die ooit een wk-race was).
Overigens zou het in de hele geschiedenis van de F1 maar 2 keer een verschil gemaakt hebben: Het geval Senna, en Graham Hill zou kampioen geworden zijn ipv Surtees in 64.
P. Clemenza
Posts: 10.323
De Italiaanse gp van 1988 was precies wat de F1 nodig had dat jaar met de dominantie van McLaren,
voor wat betreft de crash, Schlesser had een lock-up en kom ternauwernood de eerste knik van de Rettifilo halen (toen nog een dubbele linker knik) waarna Senna erg bruusk richting de kerbs stuurde, feitelijk was Schlesser fout maar Ayrton kegelde min of meer zichzelf uit de race, kwam klem te zitten op die (toen nog enorm hoge) kerbs.
Toen was het feest natuurlijk compleet in Monza, schitterende 1-2, bijna werd de Italiaanse gp zelfs gewonnen door een Italiaan, aangezien Alboreto erg dichtbij kwam.
Mooi podium werd compleet gemaakt met Cheever voor het team van Arrows
Damon Hill
Posts: 18.632
Niet helemaal mee eens. Vaak is dominantie niet leuk (zie 1992, 2002, 2004, 2011, 2013 en 2017) omdat er steeds 1 persoon is die wint. Maar als het team interne duel wél heel spannend is, heb ik geen problemen met dominantie.
Grappig detail... gister heb ik een 2 uur durende samenvatting van het F1 season van 1987 bekeken (eigenlijk ook door die Senna artikelen).
Ik vond Piquet toch wel een lucky champ hoor dat jaar. Mansell had heel vaak pure pech terwijl hij voorop reed, maar ook Prost had echt veel mechanische problemen terwijl hij erg goed reed.
En ook de Ferrari's gingen vaak stuk, terwijl Berger heel vaak voorin was te vinden. Berger won ook de laatste 2 GP's, maar had echt voor de titel kunnen gaan als de Ferrari veel vaker de finish had gehaald.
Boeiend seizoen, met een sterke Senna ook en een hele constante Piquet die overigens nergens echt briljant was als je het mij vraagt.
brabham-bt50
Posts: 11.760
Piquet mazzelde behoorlijk dat seizoen zoals ie zelf ook vond.
P. Clemenza
Posts: 10.323
@Damon,
Klopt Het duel Senna en Prost was mooi en alleen al de reden om F1 te kijken in die tijd.
Maar heb (zelfs in die tijd al) altijd een zwak voor de rode wagens gehad, ik moet eerlijk bekennen (alle respect voor Ayrton uiteraard) dat het feest was bij mij als de rood witte wagens eens uitvielen, normaal waren het zoals je zelf al zei de rode wagens die de finish niet haalden..
Ik geloof dat het record van meeste uitvalbeurten in 1 seizoen nog op naam staat van Berger, seizoen 1989 (waarin hij ook zwaar crashte op Imola) had hij werkelijk ziekelijk veel uitvalbeurten, slechts 3 van de 16 races zag hij de finishvlag, waarvan hij er 1 wist te winnen, dat dan weer wel ;)
En dat was in de eerste F1 wagen uitgerust met semi-automatische gearbox
Runningupthathill
Posts: 18.168
Het seizoen 88 had zijn intriges, maar echt spannende races waren er niet veel. De strijd om de overwinning ging tussen Senna en Prost en meestal was het gat tussen die twee, ongeacht wie won, behoorlijk groot en waren er weinig echte gevechten. Ook weer zo een jaar dat door de geschiedenis tussen die twee mooier gemaakt wordt, dan het werkelijk was. Het was eigenlijk niet anders dan 2014 - 2015 - 2016. Strijd tussen twee wagens en de rest die eigenlijk voor spek en bonen meedoet, behalve in die ene occasionele race dat er bij beide wagens iets fout ging.
renzo
Posts: 932
@Brabham, ik weet niet of je mazzel mag toeschrijven aan Piquet. Hij heeft vooral zeer constant gereden en daarmee zijn terecht 3e titel binnen gehaald. Hij was na zijn klapper op Imola dat hij in prestaties achteruit ging.
Ik vind eerder dat Piquet pech heeft gehad dat seizoen. De klapband (een fabrieksfout bleek achteraf) op Imola verstoorde zijn niveau ernstig, dat noem ik pech geen mazzel. In Belgie een kapotte turbo (was er zelf bij) terwijl hij aan de leiding ging. GP van Engeland verloor Piquet doordat zijn engineers een foute berekening hadden gemaakt wbt zijn benzine verbruik, Piquet reed daarom terughoudender dan Mansell, deze laatste reed alles of niets. Mansell viel 100meter na de finish stil, terwijl Piquet nog ruim 3 liter over had. Dat noem ik pech voor Piquet en pure mazzel voor Mansell.
Hongarije was idd mazzel voor Piquet. In Japan stond Piquet volgens mij 15 punten voor op Mansell, omdat Mansell zichzelf elimineerde in de training pakte Piquet zijn titel.
brabham-bt50
Posts: 11.760
Hey Renzo, hij had mazzel dat Mansell zo liep te klooien, en ook wat pech had. Mansell was wel inmiddels de snellere van de twee toen denk ik. Constant zijn en punten bij elkaar harken waar mogelijk en materiaal sparen waren echt zn kracht en heeft m verschillende/eigenlijk al zn kampioenschappen opgeleverd. Maar ook altijd afhankelijk van het falen van anderen/materiaal hoewel dat ook meer een ding was in die tijd want er ging veel kapot bij allerlei teams.